Belegen wijnen, op de top van hun spanningsboog

By
1774
Belegen wijnen, op de top van hun spanningsboog

Vertwijfeling slaat toe bij het uitwerken van de aantekeningen van de proeverij van Noël Geisen. Niet vanwege de wijnen: de proeverij bleek een ware sterrenparade, allemaal fraaie wijnen. Maar ik zit nu na te denken, en vraag me af wanneer een wijn belegen genoemd mag worden. Of gerijpt. Dus even snel op internet snuffelen naar terminologie, wijn abc’s. En dan blijken ‘gerijpt’ of ‘belegen’ daar niet in te staan. Noël gebruikte ook de term spanningsboog, die laat meer ruimte voor interpretatie. Kom op, studieuze soosleden, wie helpt? Wanneer noemen we een wijn gerijpt, wanneer belegen? Lezers, let eens op de kabouterletters ‘reacties’ onderaan de artikelen op deze blog. Daar staat vaak nuttige en interessante informatie. Maar komaan, laten we de wijnen gaan beschrijven, want het was een heerlijke proeverij, precies de honderdste proeverij op deze website. We proefden veertien wijnen.

Duval Leroy Champagne 1999, Premier Cru Brut Millesime

Het valt me op dat we dit seizoen stiekem steeds meer bubbels zijn gaan proeven. Dat is… geweldig. De waardering groeit ook, zo lijkt het. Deze champagne is gemaakt van 100% chardonnay. Wat je ruikt proef je ook, stelt Toos bij deze wijn. Groene appels, noemt Toos. Richard roemt de beheerste lange afdronk met amandel en walnoten. Ik vind het een hele fraaie champagne met een mooie mousse, brooddeeg en gist in de neus, waarin ik ook poire william herken. De gistdeeg impressie zet zich door in de smaak met een positief oxy toontje in de afdronk. Fraaie jaargang champagne.

Domaine de le Landelle 1999, Muscadet Sur Lie, Cuvee l’Astrée

Deze wijn stond naast een fraaie Pouilly Vinzelles van Verget. Een bijzondere wijn, hoor ik Hans H zeggen. Interessante Coupe de Coeur, zegt Noël. David noemt de wijn een tikje ranzig en – wijnfreaks wegen zijn ondoorgrondelijk! – hij noemt dat positief. Onkruid tussen kiezels, zegt hij ook. De neus vind ik expressief met duidelijk wat boenwas. De smaak is zo ziltig dat ik meteen aan Muscadet denk. “Schreeuwt om mosselen” staat in het aantekenboekje. Amandel-in-het-kwadraat. Hangt ook lang na. Heel boeiende wijn.

Château Musar 1999 (blanc), Bekaa Valey, Libanon

Aah, verdorie, daar is ie weer. Precies een week terug proefden we deze wijn en toen herkende ik Libanon. Nu niet. Jura staat er onterecht in mijn aantekeningen, en dat komt door de fraaie flor tonen in de wijn. Oud gouden kleur, positieve madérise in de neus. Veel expressie, mooie balans. Het is en blijft een curieus glas. Adam noemt de afdronk wat eendimensionaal, de smaak belegen met iets zoets. David beschrijft de wijn het mooiste: oud hout en koperpoets en… daar komt ie: ‘statige ouderdom’. Mooi gevonden. 1999 is voor de witte wijn een van de mooiste jaren ooit. Gedurfd ook om dit naast die ongelofelijk fraaie Gewürztraminer van Domaine Trimbach te zetten.

Gewürztraminer 1999 Cuvee des Seigneurs de Ribeaupierre, Domaine Trimbach, Alsace

Geel gouden kleur. Expressieve neus met overrijpe perzik, ananas, kruidige rondeur. Dit is een voleptueuze wijn met hoge viscositeit, alcohol komt vrij goed naar voren. Ik weet wel, het is politiek incorrect, maar drink deze wijn bij een hapje Foie Gras en o, o, o…. dat is een schitterende combinatie. Heerlijk glas wijn is dit, met een prachtige balans.

Château de Francs 1999, Cuvee Les Cerisiers, Cotes de Francs

Deze wijn stond naast een Gevrey Chambertin van Camille Giroud. Wijn gemaakt van 80% merlot, aangevuld met gelijke delen cabernet franc en cabernet sauvignon. Donkere kleur, in de neus morellenkers, zwoel en krachtig, duidelijk rondeur en hap sap in de smaak, mooie zuren en lang nahangend. Peter E noemt laurier en ceder. Fraai glas van de rechteroever. Zeer koopwaardig.

Domaine de Monteillet 1987, Saint Joseph

De wijn is gemaakt van 80% grenache, 10% syrah, 5% cinsault en 5% mourvèdre. Zéér bruine kleur, de neus geeft mij een pauwestaart van indrukken, gewéldig mooi. Vanille, leer, sigarenkistjes. Richard noemt ook mint en stoffige tannines, hij typeert de wijn als elegant. Later ruik ik zelfs kersen in de neus. Zeer complexe neus en volstrekt harmonieuze wijn, wát een kelderschat-van-hier-tot-gunder! Tabak in de smaak en mooi nahangend. Zonder enige twijfel verschijnen er drie *-sterren naast mijn aantekeningen. Voor mij is deze Rhonewijn dé wijn van de avond.

Dan komt er een serie, die een knauw is voor mijn zelfvertrouwen, verdorie. Drie prachtige wijnen, ik denk: laat ik eens stoer doen. Ik benoem ze dus als Margaux, Saint Julien en Pauillac. Eigenlijk had ik beter moeten weten, want Noël is niet zó’n enorme Bordeaux-adept. Heeft die schurk een Spaanse Ribera del Duero (tempranillo druif), Franse Pauillac (merendeels cabernet sauvignon) en een Italiaanse Vino Nobile de Montepulciano (merendeels sangiovese) naast elkaar gezet. En bij die wijnen van twaalf jaar oud is dat dus helemaal niet zo gemakkelijk te proeven.

Valduero 1998, Reserva, Ribera del Duero (100% tinto fino = tempranillo)

Mint en cederhout. Een timmermanswerkplaats ruik ik. Voor mij is dit in deze serie de meest getypeerde Noël-wijn, want heel elegant en met veel finesse. Fraai glas waar ik echt van onder de indruk ben.

Château Lynch Bages 1998, Pauillac, Grand Cru Classé

In mijn aantekeningen staat bij de neus: een stoere, rauwe bonk, heeft niets liefelijks.

Potloodslijpsel. Lijm. De smaak maakt echter veel goed: duidelijk een wijn met elegantie. Genieten is dit!

DEI, Vino Nobile de Montepulciano 1998, Riserva

Gemaakt van 80% sangiovese, 15% canaiolo en 5% mammolo. De rand van het glas is een verrader van de ouderdom, dakpannenbruin is de rand. De neus heeft een licht rubbertje en is volgens mij nog steeds niet helemaal open, of zit in een gesloten fase. David ruikt gepoetst leer en kersen, de wijn noemt hij rijk , warm, modern gemaakt. Volstrekt harmonieuze smaak met veel kracht. De wijn heeft in de aandronk ook iets zoets, duidelijk een rijp jaar.

Wijnen die op dronk komen hebben een periode dat ze mooi drinken vóórdat ze gaan aftakelen. In deze proeverij zat geen enkele wijn die over dat punt was. Maar ja.. ik hou dan ook van deze gerijpte wijnen.

6 Reacties
  1. Een eerste aanzet:

    'gerijpt' (positief) is een wijn als er naast het fruit rijpingsgeuren (leer, herfstbos, dat zal voor iedereen anders zijn) zijn bijgekomen. Er is sprake van complexiteit en balans in smaak en structuur (tannines, zuren)

    Belegen (negatief, als je het zo tenminste bedoelt in je vraag, Peter?) is hij als het fruit zich zo ver heeft teruggetrokken, zowel qua aroma's als qua vulling/ concentraat) dat het wegvalt uit de totale smaakbeleving. De wijn is dan niet meer in balans en mist structuur, of de structuur-componenten overheersen juist vanwege het gebrek aan fruitconcentraat.

    Wanneer een wijn precies overgaat van het een naar het ander zal altijd een subjectieve zaak blijven – of in ieder geval aanleiding tot discussie kunnen geven.

  2. Rob, voor mij heeft belegen geen negatieve associatie. Als ik een wijn niet lekker vind, heeft dat meestal met oxydatie of maderisatie te maken. Ik vind belegen wijnen met een complexe neus juist vaak erg fraai.

  3. OK, dus je gebruikt "gerijpt" en "belegen" als synoniemen, begrijp ik. Is wat ik als 'gerijpt' heb beschreven dan een mogelijk antwoord op je vraag?

    Enfin, ik moet er van door (naar de Antwerpse winkel van Ad Bibendum; je moet wat met al die vakantiedagen …)

  4. nosoNa raadpleging van diverse publicaties zou je de begrippen “gerijpt” en “belegen” om het eenvoudig te houden als volgt kunnen omschrijven:

    Gerijpte wijnen zijn wijnen op dronk die het moment bereiken dat ze van kleur gaan veranderen. Bij witte wijnen naar een amber kleur, bij rode wijnen naar dakpanrood. (Firne, Vin Mûr)
    Belegen wijnen zijn wijnen die geëvolueerd zijn en door de ouderdom of door oxidatie een andere kleur hebben gekregen. (Vin Tuilé, Vin Vieux )

  5. Hans van der Horst stuurde een heel nuttig antwoord op de discussievraag (Hans, domme vragen bestaan niet!), al begrijp ik uit zijn antwoord dat je het gewoon nooit over belegen wijnen mag hebben 🙂

    Het is een domme vraag : "wanneer is een wijn belegen" en terecht dat je dat niet kunt vinden.

    het gaat om de rijpingscurve. Vanaf een bepaald moment is de wijn op dronk. ( =kan de wijn gedronken worden)
    ( bijvoorbeeld in de Rioja levert men pas de wijnen als ze op dronk zijn)

    Afhankelijk van de wijn kan de wijn daarna nog verbeteren. Parker heeft het over : de ability to improve with age.
    Improvement beschreven als : ability of a wine to become significantly more enjoyable and interesting, offering more pleasure old when it was young
    Hij zegt ook nog : ability to age is often more ability to survive. ( een vlakke rijpingscurve )

    Mijn wijnprogramma heeft 3 levels : good from ( op dronk ) best at ( top rijpingscurve ) en good to ( afgaande deel rijpingscurve)
    Lijkt mij voldoende. Bij goede wijnen is de periode " best at " meerdere jaren lang., bij bv Madeira zelfs decennia.
    Wijnleveranciers schatten dat in. Hierbij gaan ze uit van gemiddelde verwachte rijpingscurves voor een bepaald soort wijn
    De wijnbeurs geeft elk jaar een update voor de door hen geleverde wijnen.

    De wijnen van Noel waren zeker allemaal "good from", het is veel moeilijker om te zeggen dat ze "best at " waren maar ze waren aleemaal goed . Bij enkele wijnen had ik het idee dat ze " best at " gepasseerd waren maar ze waren nog niet op " good to" leeftijd. .
    groeten,
    Hans van der Horst

  6. Gerijpt of belegen is zeer subjectief. Voor mij is belegen rode wijn: dat de tannines en zuren zijn afgebouw. Maar ik denk dat die grens voor ieder verschilt.

    Voor de rest: fantastische proeverij. Ik wist niet eens dat er een witte variant van de Chateau Musar bestond, zie je maar: nooit te oud om te leren en met betrekking tot wijn blijf je leren.

    Martin
    wijngekken.blogspot.com/

Comments are closed.